Typisch Overijssel

Beuningen Overijssel: schilderachtig mooi

  • Geschreven door Bertine
  • 3 minuten opladen
  • 6697 x bekeken

Een kerk. Een kroeg. Een zandweg tussen het koren door. Het vee, de boerderijen. De kans is groot dat je heel even glimlacht en denkt aan Wim Sonnevelds ‘Ons Dorp’ als je dit Twentse boerendorpje binnenrijdt. Alsof de tijd er heeft stilgestaan. Zo ziet Herman Finkers dat ook. Veel dorpsscenes van een door hem geschreven soapserie zijn er opgenomen. En trouwens, hij woont er zelf ook.

‘Saksische’ boerderijen

Of je nu uit het westen of oosten komt, bij het binnenrijden word je direct getrakteerd op een karakteristieke oude vakwerkboerderij. De bouwstijl wordt ook wel Saksisch genoemd. Maar de aanname dat de Saksen er iets mee te maken hadden is inmiddels achterhaald. Wat het dan wel is? Een typische Twentse hallenhuisboerderij: een langgerekt gebouw met de deel in het midden en de stallen aan weerszijden. De zogenaamde ‘niendeur’ in het midden maakte het mogelijk om hoog beladen oogstwagens naar binnen te rijden.

Duurzaam vakwerk

De oude Twentenaren wisten al vroeg wat duurzaam was. Hun vakwerkboerderijen, bestaande uit houten skeletten leenden zich uitstekend om af te breken en elders weer op te bouwen. Bijna 100% hergebruik, dus! Het leuke is dat het nog steeds gebeurt: De 17e -eeuwse boerderij Beernink stond bijvoorbeeld oorspronkelijk in Overdinkel. Hij werd in 2009 zorgvuldig afgebroken en tijdelijk opgeslagen. Sinds 2020 is er een nieuw perceel en een nieuwe eigenaar. De historische boerderij wordt weer opgebouwd in Beuningen. Aan de Borgbosweg komt een bord met informatie over het monument. Wandelend kun je misschien een glimp opvangen.

Dinkel Beuningen
Dinkel Beuningen

Schilderachtige natuur

Beuningen ligt verscholen in een glooiend landschap. Je fietst en wandelt er langs akkers, fleurige velden en boerenerven. De bochtige Dinkel - een van de weinige natuurlijk meanderende riviertjes van Nederland - verrast telkens weer. Vogelliefhebbers spotten er de mooiste vogels. De zeldzame ijsvogel, oeverzwaluw of de grote gele kwikstaart bijvoorbeeld. Liever het grote werk? Let dan goed op de palen in de weilanden. Honkvaste haviken en buizerds rusten er graag even uit tijdens hun jacht.

Fabrikantenvilla’s

In Twente is bijna geen heuveltop te vinden zonder een buitenhuis. Welgestelde textielfabrikanten kochten rond 1900 veel woeste gronden op. Na het ontginnen verrezen de mooiste buitenhuizen, bossen en parken. De bouw- en landschapsstijl keken ze af in Engeland waar de heren regelmatig verbleven in verband met de import van weefmachines. Nergens in Nederland vind je zoveel jonge buitengoederen in een relatief klein gebied. Alleen rondom Beuningen vind je er al twee: De Borg en de Hakenberg.

De Borg

In 1903 bouwde, de bij textielfabrikanten populaire, architect K. Muller, ook wel de vader van de Twentse landhuizen, voor D.W. van Wulfften-Palthe dit landhuis op de plek van het voormalige Huis Borg Beuningen. Het was bedoeld als zomerverblijf. Muller maakte een ontwerp in Engelse cottagestijl met gepleisterde wanden, vakwerk in de geveltoppen en een rieten kap. De lanen rond het huis zijn gericht op de kerktorens in de omgeving. Bijzonder is ook het, in de bocht van de Dinkel gelegen, sterrenbos met twee vijvers. Dat wetende, snap je ook de eeuwenoude naam van de eigentijdse horecagelegenheid midden in het dorp.

Beuningen
Beuningen

De Hakenberg

Textielfabrikant Blijdenstein kocht rond 1900 de grond rondom de Hakenberg. Op de flanken kwam een boerderij met schuur. Op de ruim 54m hoge heuvel bouwde hij een theehuis want ook de traditie van de thee was overgewaaid uit Engeland. Later volgde een chaletachtige houten villa. Het landhuis is nog altijd privébezit. Het landgoed eromheen wordt beheerd door Natuurmonumenten. Komt de naam De Hakenberg je bekend voor? Misschien wel van de gelijknamige wijn die er wordt gemaakt? Die is zo on-Nederlands lekker. Eenmaal geproefd vergeet je hem niet snel.

Geschreven door Bertine

Bertine Kleinjan is geboren en getogen in Oldenzaal. Ze houdt van zeilvakanties en gaat graag op pad met hun oranje camperbusje maar duikt minstens één week per jaar onder in het prachtige Springendal.